Wandeling: de Meren

Zijn er meren op Madeira? Dat vroegen onze vrienden op Madeira ons toen we vertelden waar we naartoe zouden gaan. En ja, ze zijn er echt! Verwacht niet zoiets als het IJsselmeer, ze zijn wel klein (15x10m) maar zeker de moeite waard. Ze liggen in het westen van Madeira.

Deze wandeling hebben wij met Turivema gedaan. Turivema was toen de enige organisatie op Madeira die deze tocht op het programma had staan.


AFSTAND   : 14 kilometer, 5 uur

NIVEAU      : middelzwaar


De oprichter van Turivema, Tony Santos, heeft de meren namelijk zelf ontdekt toen hij 5 jaar geleden met een helikopter over het eiland vloog. Eenmaal op de grond aangekomen moest hij ze alleen nog terug zien te vinden. Hij heeft zelf een pad gemaakt om er te komen en nou neemt hij dus andere mensen mee om ze dit prachtige stukje Madeira te laten zien. Tegenwoordig staat deze prachtige wandeling bij alle wandelorganisaties op het programma. Een echte aanrader!


Deze prachtige wandeling begint in het gebied boven Rabaçal. Het begon al goed: we moesten door de struiken heen op zoek naar de levada. Na een hoop geworstel met lastige takken, hadden we de levada gevonden. De omgeving is hier echt schitterend, met mooie vergezichten. Op een gegeven moment komen we bij een levada die zelfs omhoog stroomt!

Iedereen loopt stilletjes te genieten. Tony geeft steeds tekst en uitleg over van alles en nog wat. Problemen met je haar of huiduitslag? Tony kent wel een plantje wat er tegen helpt. Die man kan trouwens onzettende boeiende verhalen vertellen over het eiland. Hij is er trots op en dat laat hij merken ook. En terecht...


Na een tijdje lekker langs de levada gelopen te hebben - er zwemt trouwens forel in - gaan we afdalen, ongeveer 270 m. Langs een af en toe vrij steil paadje dalen we af naar het eerste meertje. Het ligt verscholen tussen de bomen. Iedereen denkt dat hij er al is als Tony zegt dat we nog verder moeten dalen. We gaan naar een uitkijkpunt over Rabaçal. Je staat hier boven de Risco waterval, waar we een paar jaar eerder hebben gelopen. Heel leuk: daar beneden lopen ook mensen en die zie je denken: hoe komen die daar boven? Oppassen bij de rand, er is geen reling en als je hier naar beneden valt.....

Maar goed.... Het nadeel van afdalen is dat je ook weer naar boven moet, weer 270 m. Even een flesje water drinken en dan vol goede moed naar boven. Iedereen kan in zijn eigen tempo lopen.


Als je dan moe maar voldaan boven bent, staat Tony daar al lang te wachten met nog steeds een droog t-shirt aan en een grijns op zijn gezicht. En dan vraagt hij ook nog of je er van genoten hebt. Ja dus! De tocht gaat verder over redelijk vlak terrein en de omgeving blijft mooi. We moeten nu naar drie meertjes die boven elkaar liggen. Er loopt een waterval van het ene meertje in het andere. Dit is echt een SCHITTEREND stukje Madeira!

Bij de waterval gaan we lunchen en wie wil kan zwemmen. Nou, het water was ijskoud dus ik ben de visjes maar gaan voeren. Er was wel een held die het water in sprong. Brrrr.... De rest van de groep zoekt een mooie rots uit en begint aan de meegebrachte lunch.


Wat smaakt zo’n platgedrukt warm geworden broodje dan toch lekker! Daar kun je soms meer van genieten dan van een luxe diner in een chic restaurant.

Na de lunch komt er een gedeelte trekking. We moeten langs een pad (ik zag geen pad) omhoog klimmen, tussen de dopheide door. Best lastig af en toe, met de grillig gevormde takken, maar wel goed te doen. We zijn ook een paar keer een riviertje overgestoken, gelukkig droge voeten gehouden.

Op een gegeven moment loop je tussen manshoge varens en voel je je Indiana Jones. Ik ben nogal klein en Hans liep me gewoon te zoeken. Het stikt hier trouwens van de bosbessen. Geen kleine struikjes, maar grote bomen. Tony laat ze ons proeven, verser kan niet.

Eindelijk zien we weer een levada. Die blijven we volgen tot de Ribeira Grande. Na een van de vele bochten zien we een stier in de levada staan. Een waterbuffel? Het beest blijft gelukkig staan en zit ons een beetje dommig aan te kijken.


We komen bij een rotswand waar allemaal kleine watervalletjes stromen en de flesjes worden weer gevuld. Lekker, ijskoud water. Tony brengt ons naar een andere levada. Dit is de oudste levada van Madeira. De omgeving is hier sprookjesachtig, de levada zelf ook. Geen lelijke betonnen randen, maar de natuurlijke loop van de levada. Hij kronkelt onder de dopheide door.


Helaas duurt dat stukje maar even en zien we een grote vlakte met overal struiken. Struiken? Het zijn hele kolonnes sprinkhanen! Van die grote…. ’t Helpt ons niks, we moeten er dwars doorheen met onze blote benen. De broekspijpen worden stevig dicht gehouden en we gaan zo snel mogelijk tussen de springende beestjes door.

Alleen nog even een bruggetje over. Het is een groot woord voor die planken die er liggen, maar we moeten er toch overheen. Erg opwekkend zegt onze gids dat we er beter een voor een over heen kunnen gaan. Er loopt een riviertje onderdoor en zo diep is het niet.... Tony vertelde dat hij wel eens mensen in de groep had gehad met hoogtevrees. Er is toen zelfs iemand op handen en voeten gegaan.

Helaas, aan alles komt een einde. Veel te snel kwamen we bij de busjes aan. Deze tocht had voor mij nog wel langer mogen duren. We stappen in de bus en nakletsend over deze mooie wandeling rijden we weer richting Funchal.


Share by: